Inleiding

Doelstelling

Doel van de uilenwerkgroep is het beschermen van steenuilen, kerkuilen, bosuilen en torenvalken.

Voor deze vier vogelsoorten zijn in de omgeving van Zutphen een groot aantal nestkasten geplaatst omdat de natuurlijke nestgelegenheden van deze soorten steeds verder afneemt. Daarnaast stimuleert de werkgroep erfbewoners hun erf uilenvriendelijk te maken. Het aanbrengen van muizenruiters, rommelranden in de tuin, het creëren van vlucht en rustplekken zijn voorbeelden van hoe een erf meer te bieden heeft voor deze soorten. Een oud schuurtje laten staan is ook een gebaar van bescherming. Een steriel erf heeft deze soorten weinig overlevingskansen te bieden. Een goed leefgebied biedt veiligheid, voedsel, schuilplekken en nestgelegenheid.

Nestkasten bieden bovendien de mogelijkheid om vogels terug te vangen en om jongen te ringen. De vogel wordt hierdoor een individu dat, als het exemplaar teruggevangen of dood gevonden wordt, inzicht geeft over het leven van die vogel. Leeftijd, verplaatsing, afstand, trouw aan partner kunnen gemeten worden, waardoor efficiënter beschermd kan worden en eventueel worden ingegrepen.

Jonge steenuil, foto Goen Jansen
Jonge steenuil, foto Goen Jansen

Werkwijze

Globaal verrichten we voor ieder soort dezelfde werkzaamheden. Bosuilen zijn de eerste broeders die al in januari eieren kunnen leggen. Van januari tot maart doen we inventarisaties om territoria vast te stellen. Die worden ingetekend en kunnen jaarlijks vergeleken worden. Daarna controleren we alle nestkasten op broedsel. Per soort worden de controles op verschillende wijze uitgevoerd om verstoring te voorkomen. Steenuilen zijn de meest tolerante uilensoort. Vervolgens wordt, na vaststelling van broedsel, een volgende controle uitgevoerd om te bepalen wanneer de jongen geringd kunnen worden. Bij het ringen worden de vleugellengte gemeten, het gewicht vastgesteld, de leeftijd bepaald en het jong op gezondheid gewaardeerd. Het ringen blijft belangrijk om inzicht te krijgen in overleving en verspreiding van jonge en adulte vogels. Om een zinvolle en relevante conclusie te kunnen trekken is jarenlang gegevens verzamelen een noodzakelijke werkwijze.

Circa een maand na het ringen wordt de nestkast nogmaals bezocht om te kijken of alle jongen het nest verlaten hebben. In het najaar worden alle nestkasten weer bezocht. Er kan na ons eerste bezoek een andere vogelsoort haar intrek hebben genomen. Ook vinden we wespen- en hoornaarsnesten in de nestkasten. De kasten worden schoongemaakt of gerepareerd.

Alle bezoekgegevens worden door de werkgroep vastgelegd.

Vers geringde jonge torenvalken, foto Wim Nijenhuis
Vers geringde jonge torenvalken, foto Wim Nijenhuis

Endoscoop

Eén van de mogelijke nadelen van het kijken in nestkasten kan verstoring zijn. Natuurlijk wordt er heel zorgvuldig door de werkgroep gehandeld. Er kunnen tegenwoordig hulpmiddelen gebruikt worden zoals de endoscoop. Enige jaren geleden was dit apparaat slechts bij specialisten in de gezondheidszorg in gebruik, tegenwoordig ook bij vogelbeschermers. Deze endoscopen zijn voorzien van een camera met verlichting. Zij kunnen worden gebruikt bij torenvalk nestkasten en in boomholten om te kijken of er steenuilen aanwezig zijn. Gebruik van ladder is meestal overbodig geworden, zodat er minder tijd nodig is om in de kast te kijken. Bovendien zijn de risico’s voor de werkgroepleden verminderd. De beelden kunnen op afstand worden gezien of opgenomen. Op de foto een nest met vier torenvalk eieren. In dit nest zijn uiteindelijk 5 jonge torenvalkjes grootgebracht. Aan de hand van eileg, broedperiode en groei van de jongen wordt een dag bepaald waarop er geringd gaat worden. Het kan zijn dat het aantal jongen afwijkt van het aantal eieren, omdat de kasten zo min mogelijk bezocht worden.

Torenvalk eieren, foto Goen Jansen
Torenvalk eieren, foto Goen Jansen

Werkgebied

Het werkgebied van de Oelenwappers is niet hetzelfde als het werkgebied van de Vogelwerkgroep Zuthen e.o. Op onderstaande kaart is het werkgebied van de Oelenwappers aangegeven binnen de witte markering. De gebieden buiten dit werkgebied worden verzorgd door andere werkgroepen.

Werkgebied-uilenwerkgroep
Werkgebied-uilenwerkgroep

Resultaten

Broedoverzicht 2010-2018

Jaarverslagen

Recente jaarverslagen van de uilenwerkgroep zijn opgenomen in de jaarboeken van de vogelwerkgroep.

Jaarverslag 2017
Jaarverslag 2016
Jaarverslag 2015
Jaarverslag 2014
Jaarverslag 2013
Jaarverslag 2012
Jaarverslag 2011
Jaarverslag 2010